WGV voor arbeidsmigranten
De huisvesting van arbeidsmigranten levert regelmatig een gevaar op voor de veiligheid en gezondheid van arbeidsmigranten. Om deze groep kwetsbare burgers beter te beschermen is in de Wet goed verhuurderschap een aantal specifieke regels opgenomen voor de verhuur aan arbeidsmigranten.
Definitie arbeidsmigrant en verblijfsruimte
Bij een arbeidsmigrant, zoals bedoeld in de Wet goed verhuurderschap, gaat het om 'een onderdaan van een andere lidstaat van de Europese Unie die zijn hoofdverblijf niet in Nederland heeft en in Nederland verblijft om tijdelijke werkzaamheden te verrichten'.
Een arbeidsmigrant verblijft vaak niet in een gewone woonruimte, maar bijvoorbeeld in een verblijfsruimte bij de werkgever op het terrein, een verblijfsvoorziening voor arbeidsmigranten en in het slechtste geval in een schuurtje of caravan. In de Wet goed verhuurderschap is daarom een definitie opgenomen voor het begrip ‘verblijfsruimte’, namelijk: een gebouw of deel van een gebouw bestemd of gebruikt voor de huisvesting van arbeidsmigranten. Het kan hierbij dus ook gaan om een gewone woonruimte. Alle vormen van huisvesting waar arbeidsmigranten verblijven zijn volgens de wet ‘verblijfsruimte’.
Aanvullende algemene regels goed verhuurderschap
De Wet goed verhuurderschap geeft gemeenten meer mogelijkheden om ongewenst verhuurgedrag, zoals woondiscriminatie, intimidatie, onredelijke servicekosten en een te hoge borg tegen te gaan. Indien een verhuurder een woon- of verblijfsruimte verhuurt aan een arbeidsmigrant, dan gelden er extra regels:
- De huurovereenkomst en de arbeidsovereenkomst zijn in afzonderlijke documenten vastgelegd. Hiermee is de arbeidsmigrant voor zijn huisvesting minder afhankelijk van de werkgever en eindigt de huurovereenkomst niet automatisch wanneer de arbeidsovereenkomst eindigt. Deze verplichting is uitsluitend van toepassing op huurovereenkomsten die worden afgesloten na 1 juli 2023.
- De arbeidsmigrant moet worden geïnformeerd over zijn rechten en plichten in een taal waaraan de arbeidsmigrant de voorkeur geeft, of een andere taal die hij begrijpt en waarin hij kan communiceren. De verhuurder moet dan nagaan of de arbeidsmigrant deze taal voldoende begrijpt, of dat de informatie in de moedertaal van de arbeidsmigrant moet worden verstrekt. De verhuurder mag er dus niet zomaar vanuit gaan dat een arbeidsmigrant meerdere talen machtig is. De huurovereenkomst zelf is van deze verplichting uitgezonderd, omdat de Nederlandse taal de taal is in het bestuurlijk- en het rechtsverkeer. Voor huurovereenkomsten die worden aangegaan na 1 juli 2023, moet deze informatie op het moment van het aangaan van de huurovereenkomst verstrekt worden. Voor huurovereenkomsten die zijn aangegaan vóór inwerkingtreding van deze wet geldt dat deze informatie uiterlijk 1 oktober 2023 moet zijn verstrekt.
Vergunning voor de verhuur aan arbeidsmigranten
Naast de algemene regels voor goed verhuurderschap kan de gemeente een verbod invoeren op het verhuren van verblijfsruimte aan arbeidsmigranten zonder verhuurvergunning (verhuurvergunning verblijfsruimte).
Indien een gemeente een vergunningsplicht invoert voor de verhuur aan arbeidsmigranten, kan zij de volgende voorwaarden aan de vergunning verbinden:
- De wijze waarop de verhuurder aantoont hoe hij invulling geeft aan de regels van goed verhuurderschap;
- De eisen die worden gesteld aan het maximaal aantal personen aan wie per verblijfsruimte verhuurd mag worden;
- De eisen die worden gesteld aan de voorzieningen die aanwezig moeten zijn ten behoeve van voedsel en hygiëne.
Indien arbeidsmigranten in een woonruimte wonen, kunnen daar (ook) de volgende voorwaarden aan worden verbonden:
- De maximale huurprijs en het maximale huurverhogingspercentage indien het een zelfstandige woonruimte betreft die in de gereguleerde sector valt;
- Het hebben en uitvoeren van een onderhoudsplan.
Op het moment dat een verhuurverordening van kracht wordt in een gemeente, en daarmee het verbod om te verhuren zonder verhuurvergunning, worden mogelijk al woningen verhuurd. De verhuurders krijgen voor bestaande huurovereenkomsten tot 1 januari 2024 de tijd om de juiste vergunningen aan te vragen.
De kwaliteitseis van één persoon of huishouden per slaapkamer gaat direct gelden voor nieuwe locaties die na 1 juli 2023 voor het eerst in gebruik worden genomen. Voor locaties die voor dat tijdstip in gebruik zijn genomen of voor locaties waarvoor al een omgevingsvergunning voor 1 juli 2023 is verleend, geldt deze voorwaarde vanaf 1 juli 2026. Bestaande locaties krijgen dus tot 1 juli 2026 de mogelijkheid om aan de kwaliteitseis te voldoen.
Meldpunt gemeente
Iedere gemeente moet vanaf 1 januari 2024 een meldpunt hebben voor klachten over ongewenst verhuurgedrag. De gemeente kan naar aanleiding van een melding vervolgens zelf handhaven of, als dat niet mogelijk is, de melder hulp bieden bij het vinden van de juiste instantie waar hij verder geholpen kan worden.
Kijk voor meer informatie over de algemene regels op de website van Rijksoverheid of bekijk de explainervideo. De explainervideo is in verschillende talen beschikbaar.
Speciaal voor gemeenten en andere organisaties die meer willen weten over hoe gemeenten invulling kunnen geven aan de Wet goed verhuurderschap is er een Handreiking goed verhuurderschap ontwikkeld.