Actieplan Studentenhuisvesting 2018-2021

Omdat het tekort aan studentenhuisvesting in Nederland voor (inter)nationale studenten tot onwenselijke situaties leidt, zijn gemeenten, onderwijsinstellingen, woningcorporaties, particuliere beleggers, studenten en het Rijk het Actieplan studentenhuisvesting 2018-2021 overeengekomen. Deze partijen werken samen om een langetermijnoplossing te vinden voor het kamertekort. Daarbij is de lokale situatie het uitgangspunt. Zo is er krapte op de woningmarkt, maar de mate waarin verschilt van stad tot stad.

In het actieplan zijn afspraken gemaakt op basis van drie pijlers:

Verbetering (cijfermatige) inzichten

Betrouwbare cijfers zijn cruciaal om te bepalen of er nu en in de toekomst voldoende aanbod is om aan de vraag voor studentenhuisvesting te voldoen. De jaarlijkse Landelijke Monitor Studentenhuisvesting is hierin een belangrijk instrument.

Door de input voor de landelijke monitor steeds verder te verbeteren, kunnen de cijfers ook een steeds beter beeld geven van de benodigde studentenhuisvesting. Verder financiert het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) een onderzoek waarmee het bestaande aanbod nauwkeuriger in kaart wordt gebracht. Dit onderzoek zal half augustus 2019 middels een brief aan de Kamer worden gestuurd. Daarin is extra aandacht voor de wijze waarop het onzelfstandige kameraanbod (geen eigen toegang) kan worden bepaald en toegerekend aan studenten. Verder wordt onderzoek gestart naar de haalbaarheid en wens voor studentencampussen bij universiteiten en hogescholen.

(Productie)afspraken en versterking lokaal overleg

Lokale partijen hebben het meeste zicht op relevante ontwikkelingen. Zo hebben onderwijsinstellingen informatie over het aantal inschrijvingen en hun eigen ambities in de toekomst. Gemeenten hebben inzicht in bijvoorbeeld grondposities of vergunningen. Woningcorporaties en particuliere beleggers weten hoeveel woningen er beschikbaar zijn, komen en hoeveel woningen gebouwd worden. Studentenvertegenwoordigers kennen de wensen en behoeften van studenten. Daarom is het belangrijk dat deze groepen structureel om tafel zitten om vraag en aanbod in kaart te brengen.

De conclusies van het lokaal overleg, (productie)afspraken en/of andere oplossingen die op lokaal niveau worden gemaakt, dienen zo veel als mogelijk verwerkt te worden in het woonbeleid of de woonvisie van de betreffende gemeente. Het Rijk bewaakt hiervoor de voortgang en biedt waar nodig en gewenst ondersteuning bij het versneld realiseren van bouwplannen en/of bij het oplossen van knelpunten. Dit doet zij bijvoorbeeld via het Expertteam Woningbouw.

Verbetering informatiepositie studenten

Op dit moment kenmerkt de woningmarkt zich in de meeste studentensteden door krapte. Deze situatie vergroot de afhankelijkheidspositie van huurders, in dit geval de studenten, ten opzichte van verhuurders. Om die reden wordt ingezet op het versterken van de informatiepositie van studenten en op goed verhuurderschap.

Door voorlichting worden studenten geïnformeerd over hun rechten en plichten als huurders. Daarmee worden ze minder kwetsbaar als zij zich een weg banen op de woningmarkt. Concreet betekent dit dat de campagne Wegwijs met je huurprijs wordt herhaald in 2018 en 2019 en de campagnewebsite is vertaald in het Engels. Via deze campagne worden studenten aangespoord om hun (aanvangs)huurprijs te toetsen bij de Huurcommissie.

Verder geven betrokken partijen extra aandacht aan de informatievoorziening die zij aanbieden aan internationale studenten en verbeteren deze zodat zij goed voorbereid naar Nederland komen.

Voortgang Actieplan Studentenhuisvesting

Het driejarige actieplan loopt vanaf oktober 2018. De voortgang wordt minstens twee keer per jaar besproken in het Landelijk Platform Studentenhuisvesting en op bestuurlijk niveau wordt verslag gedaan aan het Netwerk Kennissteden Nederland. Jaarlijks delen de ministers van OCW en VRO de voortgang aan de Tweede Kamer.