''Meer kijken door de ogen en oren in de wijk''

Zaandam Oost is 1 van de 20 kwetsbare stedelijke gebieden verbonden aan het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid. Hoe werkt de lokale alliantie er aan meer leefbaarheid en veiligheid? Een gesprek met burgemeester Jan Hamming.

“We werken als gemeente al geruime tijd samen met onze partners aan het versterken van de wijken om de kinderen een goede toekomst te geven en maken mede dankzij het Rijk echt stappen vooruit”, vertelt Jan Hamming, burgemeester van Zaanstad. “Het grote verschil is dat we het nu meer samen doen. De gemeente kan het niet alleen. Daarom hebben we een alliantie waarin we met alle maatschappelijke partners, het bedrijfsleven en het Rijk samenwerken aan het versterken van deze wijken.''

Vergroot afbeelding
Burgemeester Jan Hamming

“De hulp van het Rijk is cruciaal”, vervolgt Hamming. “Het Rijk steunt met geld en met menskracht, waardoor we echt het verschil kunnen maken. Het vertrouwen in de overheid is bij veel inwoners laag. Daarom moeten we in de haarvaten van de wijken aanwezig te zijn. We bieden een helpende hand aan inwoners die dat nodig hebben, maar geven ook duidelijke grenzen aan wat wel en niet kan en handhaven die ook. Het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid moet ervoor gaan zorgen dat we langdurig kunnen investeren, en dat is keihard nodig.”

Jeugd

In Zaandam Oost focust de lokale alliantie van het NPLV onder voorzitterschap van burgemeester Hamming vooral op de jeugd. “Met vereende krachten werken we met alle partijen in het gebied samen om de jeugd een betere toekomst te bieden”, vertelt Hamming. “Op de basisscholen zien we bijvoorbeeld dat veel kinderen in groep 1 al tegen een enorme achterstand aankijken. Daarom beginnen we nog eerder, in de negen maanden vóórdat een kind geboren wordt. We zijn bezig met een inhaalrace.”

Ogen en oren in de wijk

Hoe ziet dat er in de praktijk uit? “We zijn onder andere gestart met extra lestijd op school en organiseren schoollunches samen met het bedrijfsleven”, vervolgt Hamming. “Brugfunctionarissen op scholen leggen contacten met ouders en andere instanties in de wijk als ze problemen signaleren bij de schoolgaande jeugd. De gezinnen waar de risico’s het grootst zijn, daar willen we zo vroeg mogelijk bij zijn.”

Veel gezinnen in Zaandam Oost hebben namelijk te maken met ingewikkelde situaties, constateert Hamming. “Kinderen waarvan de ouders bijvoorbeeld kampen met schulden, armoede en een laag IQ. Veel problemen komen niet alleen. Dan is het belangrijk om de problematiek in samenhang aan te pakken.”  Daarvoor is het volgens hem essentieel om ‘professionals in de frontlinie’ goed uit te rusten. “Zij zijn de ogen en oren in de wijk, we hebben te lang weggekeken.”

Daarbij wijst hij op jongeren die vatbaar zijn voor criminaliteit. “Hun signalen moeten eerder op tafel komen. Door de aanpak, die wordt gefinancierd uit het Volkshuisvestingsfonds, zitten we daar veel meer bovenop. Jongerenwerk en leerkrachten weten vaak goed met wie het wel en met wie het niet goed gaat. Die signalen willen we eerder delen. We laten jongeren niet los als ze over de schreef gaan, wel stellen we duidelijke grenzen.”

Het Interventieteam Ondermijning in Zaandam Oost werkt op zijn beurt samen met onder andere landelijke organisaties zoals de Nederlandse Arbeidsinspectie, de Douane en het liefst ook met de Belastingdienst om de ondermijnende netwerken zoveel mogelijk te verstoren.

Met geld alleen kom je er niet

Hamming vindt het ‘een zegen’ dat werken aan meer leefbaarheid en veiligheid in Zaandam Oost nu gekoppeld is aan een nationaal programma met een lange looptijd. “Door samenwerken kunnen we sneller stappen zetten. Bij weerbarstige zaken overleg ik soms met collega-burgemeesters in de andere 18 gemeenten. Zo hebben we een appgroep waarin we elkaar advies geven.”

Dat het Rijk fors investeert in de 20 kwetsbare stedelijke gebieden is natuurlijk belangrijk, vindt Hamming. “Maar met geld alleen komen we er niet. Het gaat erom dat we de juiste dingen doen, dat we in Zaandam Oost werelden bij elkaar brengen en inwoners ook echt weten te bereiken. En dat is weerbarstiger dan je denkt.”

Hij geeft een voorbeeld. “Zo is er vanuit het NPLV veel geld beschikbaar om woningen te verduurzamen en te renoveren. Daarvoor gaan we in gesprek met inwoners van huur- en koopwoningen in Zaandam Oost. Dat zijn vaak geen gemakkelijke gesprekken. Sommige inwoners zijn wantrouwend en denken: daar heb je weer die overheid die mijn toeslagen of kinderen komt afpakken. Ze hebben ook vaak gewoon geen geld om de investeringen deels zelf te doen – dat is echt anders dan in meer welgestelde wijken. Alles kost meer tijd en aandacht. We beseffen dat we in Zaandam Oost een stap extra moeten doen. En die lange adem hebben we, mede door het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid.”