Woningdelen is in opmars. Niet alleen is het een slimme manier om bestaande woonruimte beter te benutten, ook speelt deze woonvorm in op de behoefte van een groeiende groep eenpersoonshuishoudens. Bij woningcorporatie Talis, actief in de regio Nijmegen-Wijchen, is woningdelen inmiddels een volwaardig onderdeel van het aanbod. “Wij geloven dat dit concept meerwaarde biedt, zowel voor de woonopgave als voor de leefbaarheid van buurten,” stelt Talis-bestuurder Eefje Lentjes-de Bruin.
Eefje Lentjes-de Bruin en Jeanneke Bosch
Binnen de landelijke aanpak Beter benutten van bestaande gebouwen is het stimuleren van woningdelen één van de concrete maatregelen. Het idee: meerdere huishoudens delen één woning. Ze hebben eigen slaapkamers en delen gemeenschappelijke voorzieningen zoals de woonkamer en keuken. Bij Talis gaat het om twee bewoners per woning. Geen studentenhuis of woongroep, maar een semi-gedeeld huishouden met voldoende privacy.
Anders kijken naar ruimte en wonen
“Onze portefeuille omvat zo’n 15.500 woningen. Ongeveer 40 procent daarvan betreft eengezinswoningen. Terwijl ruim 60 procent van de woningzoekenden bij ons een eenpersoonshuishouden is”, vertelt Jeanneke Bosch, strategisch adviseur bij Talis. “Als we daar niet op reageren, verhuren we veel eengezinswoningen aan eenpersoonshuishoudens.” Volgens Talis moeten we anders gaan kijken naar wonen: “Minder vanuit het ideaal van een twee-onder-een-kap met tuin en meer vanuit nieuwe woonwensen. Waarbij ook de vergrijzing vraagt om woonvormen waarin mensen elkaar kunnen ondersteunen”, verklaart Bosch.
Bij alle generaties bemerkt Talis meer behoefte aan gedeeld wonen. “Bij jongeren zie je ook een ander bewustzijn: zij delen makkelijker spullen en woonruimte”, geeft Bosch aan. Tegelijkertijd ziet Talis voorzieningen als winkels, bushaltes en pinautomaten in allerlei wijken verdwijnen. “Als woningcorporatie zijn we óók verantwoordelijk voor de vitaliteit en leefbaarheid van buurten”, stelt Bosch. “Wij denken dat woningdelen daaraan bijdraagt.”
Wekelijks een deelwoning erbij
Talis’ eerste deelwoning werd in 2021 opgeleverd. “We hebben destijds goed geluisterd naar de doelgroep”, laat Bosch weten. “De terugkerende wens was een eigen badkamer en toilet.” Samen met haar technische samenwerkingspartners ontwikkelde de corporatie een flexibel verbouwingsconcept: in een eengezinswoning met drie slaapkamers wordt de kleinste slaapkamer verbouwd tot extra badkamer. Dat levert twee afsluitbare slaapkamers op, elk met een en suite badkamer.
Wekelijks levert Talis een nieuwe deelwoning op. De verbouwing duurt per woning vier tot zes weken en kost zo’n 25.000 euro – een fractie van de 275.000 euro die de corporatie becijfert voor nieuwbouw. “Dit concept maakt ons aanbod breder, flexibeler en duurzamer. En het past bij onze maatschappelijke opdracht”, vat Lentjes-de Bruin het samen. Bosch vult aan: “We realiseren zo relatief snel en goedkoop extra woonruimte, met minimale stikstofuitstoot.”
Een échte buitenkans
Niet elke woning leent zich voor woningdelen. Talis hanteert als norm: minimaal drie slaapkamers en ten minste 80 m² oppervlak. De corporatie heeft een lijst van 4.000 geschikte woningen, waarvan zij er 2.000 wil verbouwen. Vooralsnog gebeurt dat alleen bij vrijkomende woningen, bij voorkeur in wijken waar voorzieningen onder druk staan.
Tom en Duncan
De 21-jarige Tom deelt sinds begin april een jarenzeventigwoning in Wijchen. Zijn medebewoner is Duncan (22), die hij kent sinds de middelbare school. “Binnen een maand hadden we een woning, terwijl we uitgingen van minstens een jaar wachttijd.” Een échte buitenkans, zegt Tom enthousiast: “We hadden geluk, zeker als je hoort dat sommige mensen vijftien jaar wachten op een sociale huurwoning. Ik denk dat de onbekendheid met woningdelen in ons voordeel werkte.”
Samen eten of een biertje drinken
“Onze woning is heel netjes en staat in een rustige buurt, met veel mensen die er al langer wonen. Wij halen de gemiddelde leeftijd hier flink naar beneden. Voor de buren was dat wennen, maar het contact is erg leuk. Ze zwaaien naar ons of maken een praatje.” Woningdelen werkt volgens Tom het best wanneer huisgenoten elkaar goed kennen. “Dat voorkomt gedoe, bijvoorbeeld over de energierekening of wie wanneer klust.”
“Onze inzet is om regelmatig samen te eten of een biertje te drinken in de tuin. Het voelt een beetje als een verlengde studententijd, maar dan serieuzer,” lacht Tom. Zijn omgeving reageert enthousiast. “Vrienden en bekenden zeggen regelmatig: misschien is dit ook iets voor mij.” Zelf ziet hij het als een waardevolle, maar tijdelijke fase: “Op termijn wil ik met mijn vriendin samenwonen, maar voor nu is dit ideaal.”
Actief in gesprek
Aanmelden voor een Talis-deelwoning kan via online en offline advertenties. Na een inkomenstoets en een bezichtiging, komen geïnteresseerden op een belangstellendenlijst. Beschikbare deelwoningen worden verloot en de gekozen bewoner mag zelf een huisgenoot aandragen. “De grootste groep belangstellenden is 25 tot 37 jaar – vaak zijn het vrienden, collega’s of familieleden”, vertelt Bosch. “Onze voorwaarde is dat bewoners geen liefdesrelatie hebben en allebei voldoen aan de inkomenseis.”
Over de punten waarop woningdelen nog schuurt met bestaande regelgeving, zoekt Talis actief het gesprek op met gemeenten, provincies en ministeries. Dat begint lokaal. In Nijmegen mag woningdelen zonder vergunning, maar in Wijchen is een ontheffing nodig. “Goed contact met gemeenten helpt om procedures te verkorten of leges kwijtgescholden te krijgen”, aldus Bosch. Provincies dicht ze eveneens een rol toe: “Gelderland helpt gemeenten actief om woningdelen mogelijk te maken, ook in de particuliere sector.”
Meerkoppig monster
“Het momentum is er”, zegt Lentjes-de Bruin. “Steeds meer partijen beseffen dat de woonopgave een ‘meerkoppig monster’ is, dat we niet alleen met nieuwbouw kunnen bestrijden. Slim gebruikmaken van het bestaande aanbod is net zo belangrijk.” Daarom is Talis óók volop in gesprek met ministeries die bij de woonopgave betrokken zijn. Vooral over de vraag hoe woningdelen toegankelijker gemaakt kan worden voor een bredere doelgroep.
Talis pleit voor het versoepelen van de regels voor toeslagen, AOW en bijstand. Woningdelen kan nu nog leiden tot verlies van huurtoeslag of een lagere AOW- of bijstandsuitkering. “Totdat hier een oplossing voor is, kunnen vooral werkenden met een iets hoger inkomen een woning delen. Terwijl juist mensen met een smallere beurs behoefte hebben aan betaalbare woonruimte”, schetst Bosch het dilemma.
Veel leergeld betaald
Talis deelt haar ervaringen met woningdelen actief met andere corporaties. “Wij laten hen graag profiteren van het leergeld dat wij al hebben betaald”, licht Lentjes-de Bruin toe. Ze benadrukt: “Woningdelen vraagt om meer dan een slim technisch concept – je moet je eigen organisatie óók als stakeholder zien. Het is belangrijk dat je je medewerkers de tijd geeft om mee te bewegen in een andere manier van denken én doen.” Vergeet ook de omwonenden van deelwoningen niet, vult Bosch aan. “Informeer hen goed, zodat je eventuele zorgen wegneemt.”
Toen Talis startte met woningdelen, konden omwonenden komen kijken in een concept-deelwoning. Bosch: “We gaven uitleg en beantwoordden vragen. Ook nu verspreiden we bij elke verbouwing flyers in de omgeving waarop we uitleg geven, mogelijke overlast vermelden en vermelden hoe mensen vragen kunnen stellen. Zo voorkomen we onbegrip en klachten.”
Vijf tips voor andere verhuurders
“Woningdelen is geen hype”, besluit Lentjes-de Bruin. “Het is een doordacht product dat past bij de tijd waarin we leven. Als we dit samen oppakken, kan het uitgroeien tot een volwaardige woonvorm met impact.” Voor andere corporaties heeft Talis deze tips:
- Begin intern: creëer draagvlak in de verschillende lagen van je eigen organisatie, want anders denken én doen vraagt om betrokkenheid.
- Wijs een trekker aan: iemand die zich hierin vastbijt en dit idee intern en extern blijft aanjagen.
- Neem omwonenden serieus: communiceer proactief, geef voldoende uitleg en organiseer kijkmomenten.
- Zoek bestuurlijke rugdekking: alleen in samenwerking met gemeenten, provincies en het Rijk kan deze aanpak slagen.
- Deel je kennis: laat andere corporaties en gemeenten meeliften op jouw ervaring.