De Woningwet legt uit hoe gemeenten, woningcorporaties en huurdersorganisaties prestatieafspraken maken. Soms lukt dat niet door een geschil. Alleen als er daardoor helemaal geen afspraken mogelijk zijn, kan het geschil aan de minister worden voorgelegd. Als er nog wél afspraken mogelijk zijn over sommige deelonderwerpen, is dit niet de juiste route.
In het Besluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (Btiv) staat dat de minister bij een geschil advies krijgt van de Adviescommissie geschilbeslechting prestatieafspraken Woningwet. Dit advies vormt de basis voor de uitspraak van de minister.
Geschillen over de nakoming van prestatieafspraken die al gemaakt zijn,of geschillen over de inhoud van gemeentelijk beleid kunnen niet aan de minister worden voorgelegd. In de Regeling Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (Rtiv) staat dat geschilbeslechting alleen kan gaan over de uitvoering van het gemeentelijk beleid.
Doel geschilbeslechting
Geschilbeslechting bij prestatieafspraken is niet verplicht, maar bedoeld als laatste redmiddel. De partijen moeten eerst laten zien dat zij er alles aan hebben gedaan om er eerst onderling uit te komen.. Dat is belangrijk omdat ze met elkaar verder moeten om de lokale volkshuisvestelijke opgave vorm te geven. Ruimte houden voor een dialoog is daarvoor onmisbaar.
Lukt het echt niet om er samen uit te komen, dan kan de minister om een uitspraak worden gevraagd. Dit kan tussen 1 juli en 29 januari van het daaropvolgende jaar. Geschillen ingediend buiten deze periode worden niet behandeld.
Na de uitspraak van de minister kunnen partijen opnieuw met elkaar in gesprek om prestatieafspraken te maken. Dat is in het belang van de lokale volkshuisvesting.
Voorwaarden verzoek geschilbehandeling
Een verzoek om een geschil te behandelen vraagt inzet van zowel de indiener van het geschil als de andere betrokken partijen. Als een van de partijen een geschil ervaart met een of beide andere partijen, dan:
- meldt de partij die het geschil ervaart dat aan alle betrokken partijen bij de prestatieafspraken;
- kunnen de betrokken partijen reageren op het voornemen van een partij om een geschil voor te leggen aan de minister (dit kan dat ertoe leiden dat het geschil tóch niet aan de minister wordt voorgelegd);
- wordt het geschil ingediend bij de minister en bevat dan in ieder geval:
- de dagtekening;
- de namen en adressen van de bij het geschil betrokken partijen;
- een beschrijving van het geschilpunt en de positie van de betrokken partijen;
- een beschrijving van het volkshuisvestingbeleid of de woonvisie van de gemeente;
- het overzicht van de voorgenomen werkzaamheden van de woningcorporatie;
- de jaarrekening, het jaarverslag en de accountantsverklaring van de woningcorporatie;
- een verslag van het overleg over prestatieafspraken tussen de betrokken gemeente, woningcorporatie en huurdersorganisatie;
- een verslag van de inspanningen tijdens het lokale proces van prestatieafspraken en geschiloplossing;
- een bewijsstuk waaruit blijkt dat het verzoek is toegezonden aan de andere bij het geschil betrokken partijen.
- aan de hand van de ingediende stukken wordt bekeken of het een geschil betreft over het maken van prestatieafspraken en of het is ingediend door een van de lokale partijen (gemeente, woningcorporatie, huurdersorganisatie). In dat geval wordt de Adviescommissie geschilbeslechting prestatieafspraken Woningwet gevraagd advies uit te brengen aan de minister.
De Adviescommissie geschilbeslechting prestatieafspraken
De leden van de commissie weerspiegelen de deelnemers aan het proces bij lokale prestatieafspraken. De adviescommissie bestaat uit één lid en één plaatsvervangend lid voorgedragen door de Woonbond, Aedes en de Vereniging Nederlandse Gemeenten. Er is een onafhankelijke voorzitter, voorgedragen door de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. De commissie is geen vertegenwoordigend orgaan. De leden en plaatsvervangend leden handelen zonder last of ruggespraak.
Werkwijze adviescommissie
- De commissie vergadert in beslotenheid over het advies;
- Bij het opstellen van het advies, streeft de commissie naar consensus.
- De commissie kan zelf of op verzoek partijen die bij het geschil betrokken zijn uitnodigen voor een gesprek;
- Het advies van de commissie aan de minister wordt gemotiveerd;
- De commissie beperkt zich tot wat binnen de Woningwet en bijbehorende regels over woningcorporaties valt.
De uitspraak van de minister over het geschil
De minister beoordeelt het geschil op basis van alle informatie en het advies van de commissie. Daarna doet de minister een uitspraak. Als de minister afwijkt van het advies, dan zal de minister dat motiveren. De betrokken partijen krijgen de uitspraak van de minister, inclusief het advies van de Adviescommissie. Beide worden ook gepubliceerd op de website Volkshuisvestingnederland.nl.
In de Rtiv 2015 iv staat een toelichting op de procedure en vereisten.
Eerdere bindende uitspraken geschil prestatieafspraken
Sinds 2016 zijn in het kader van de geschilbeslechting over het maken van prestatieafspraken de volgende bindende uitspraken gedaan:
- Delft
- Leiderdorp
- Nuenen
- Oldambt
- Rotterdam (april 2019)
- Rotterdam (juli 2020)
- Rotterdam (april 2022)
- Zoetermeer
- Midden-Groningen
- Noordwijk
- Pijnacker-Nootdorp (2023)
- Leeuwarden
- Schiedam
Wil je meer informatie over het indienen van een geschil? Geef vragen, opmerkingen of suggesties door via het contactformulier van de Rijksoverheid. Of stuur direct een e-mail naar het secretariaat van de Adviescommissie.
Relevante regelgeving
De volgende regengeving is relevant voor dit onderwerp: